Nathalie over het klonen van mensen

In China zijn twee bijzondere aapjes geboren: Zhong Zhong en Hua Hua. Ze zijn allebei een precieze kopie van een ander aapje. Gekloond, heet dat. Daarbij rommelen wetenschappers een beetje met de cellen van een dier en maken daaruit een nieuw beest dat een exacte kopie is van de eerste. Ook honden, schapen en stieren zijn al eerder gekloond. De Chinese wetenschappers zeggen dat ze door het klonen van apen goed onderzoek kunnen doen naar mensenziektes omdat apen nu eenmaal erg op ons lijken. Ze beweren dat ze ook al best mensen kunnen klonen, maar dat ze daar nog geen serieuze plannen voor hebben.

Kopie van mezelf

Dat zette mij wel aan het denken. Zou ik een kopie van mezelf willen hebben? Misschien wel gezellig. Altijd iemand in huis die dezelfde series wil kijken, die lacht om dezelfde grappen en met wie je al je kleren kunt delen. Maar óók iemand die dan net als ik een ochtendhumeur heeft (gezellig aan het ontbijt!), die stiekem óók de hele zak paprikachips alleen op wil eten en die net als ik het liefst op de hoekplek op de bank wil zitten.

Verboden

Toch maar liever geen Nathalie-kloon dus. Die keuze voor wel of niet een dubbelganger hoeft voorlopig ook nog niemand te maken. In veel landen, waaronder Nederland, is het klonen van mensen verboden. De meerderheid van de politieke partijen vindt hier dat mensen zich niet op deze manier met de natuur moeten bemoeien. Gelukkig maar. Eén Nathalie in mijn huis is eigenlijk wel genoeg.

Stelling: Van ieder mens één exemplaar is genoeg

Sterre (11): Eens

‘Ik zou geen kloon van mezelf willen want dan ben ik niet meer uniek. Ik heb liever dat er gewoon maar eentje van mijzelf bestaat. Ik vind dat klonen ook wel een beetje eng. Niemand wil toch dat hij of zij straks in tachtig verschillende lichamen rondloopt?’

Daniël (10): Oneens

‘Zo’n dubbelganger lijkt me best makkelijk. Die zeurt nooit dat hij iets anders op tv wil zien en wil altijd met hetzelfde spelen als ik. Ik zou hem ook lekker alle klusjes laten doen waar ik zelf geen zin heb. Als hij afwast, ga ik lekker gamen.’