Beeld shutterstock
Voor ouders

Liegbeesten en jokkebrokken

DEEL DIT ARTIKEL Facebook
Nathalie Strijker
Nathalie
Strijker

Een gezicht vol chocoladevegen maar met een stalen gezicht beweren dat ze echt, écht niet aan de pot chocoladepasta gezeten hebben. En die barst in het glas van de iPad? Dat was al! Kinderen kunnen vaak jokken als de beste. Maar van wie leren ze dat eigenlijk? En is het nodig om te leren altijd eerlijk te zijn?

Vooropgesteld: jokken en leugentjes om bestwil horen bij het leven. Iedereen die beweert nooit te jokken, liegt. Uit een Brits onderzoek uit 2017 blijkt dat mensen gemiddeld 2,19 keer per dag liegen. Aan het onderzoek deden meer dan duizend mensen tussen de 6 en 77 jaar mee. Opvallend genoeg blijken kinderen tot 12 jaar maar 1,7 keer per dag te liegen. Jongeren tot 18 jaar liegen het meest: gemiddeld 3 keer per dag. Ouderen zijn trouwens het eerlijkst. 65-plussers liegen minder dan één keer per dag. Dat zeggen ze tenminste.

Niet goed, wel aardiger

Een beetje liegen is dus op zich normaal gedrag. Maar als ouder is dat soms oppassen geblazen. Want als wij zelf regelmatig leugentjes om bestwil de wereld in slingeren, dan krijgen kinderen dat natuurlijk ook mee. Waarom zegt mamma dat ze de tomatensoep van oma lekker vindt terwijl ze helemaal niet van tomaten houdt? En waarom maakt pappa buiten een compliment tegen de buurman over zijn nieuwe tuin, terwijl hij net binnen nog liep te mopperen over de lelijke tegels?
Wat we kinderen willen leren is dat liegen niet goed is maar dat het soms wel aardiger is, bijvoorbeeld om mensen niet te kwetsen. Juf Mieke is misschien wel dik, maar het is niet aardig om dat tegen haar te zeggen. Maar dat ze lekker ruikt, mag je dan juist wél weer eerlijk zeggen. Lastig genoeg om die nuance aan een kleuter uit te leggen.

Waarheid verdraaien

Voor jonge kinderen lopen fantasie en de werkelijkheid bovendien vaak nog door elkaar. Kinderen in de leeftijd van drie tot vijf jaar oud praten vaak over onzichtbare en verzonnen vriendjes, monsters en pratende dieren. De leugens die kinderen vertellen kunnen gewoon puur om het spelen zijn, maar soms gaat het ook om iets wat een kind heel graag wil. Een zebra als huisdier bijvoorbeeld. Of een stoer vriendje dat niet bang is voor enge monsters in het donker.
Pas vanaf een jaar of zes weten kinderen goed wat wel en niet waar is en kunnen ze bewust de waarheid gaan verdraaien. Daar maken ze vaak dezelfde afwegingen in als volwassenen. Soms is een leugen om bestwil gewoon makkelijk. En soms is het beter om iemand niet te kwetsen.

Grijs gebied

Maar daarnaast is er natuurlijk een groot grijs gebied van leugens die niet gewenst zijn. Ontkennen dat er iets stouts is gebeurd bijvoorbeeld. Of een ander moedwillig ergens de schuld van geven. Heeft je kind iets gedaan wat niet mag, en liegt hij erover? Help hem dan door de waarheid iets makkelijker te maken. Angst voor jouw reactie, kan eerlijk zijn moeilijk maken. Als je kind dus bijvoorbeeld bekent dat hij iets stouts heeft gedaan, is het wijs om niet boos te worden, maar juist te benadrukken hoe goed de eerlijkheid is.

Dat is uiteraard anders als je het idee hebt dat je kind oneerlijk is uit gemakzucht. Liegen over huiswerk dat al dan niet gedaan is, opruimen of tandenpoetsen is zeker bij kinderen die tegen de puberteit aan zitten niet ongebruikelijk. Op zo’n moment is het natuurlijk prima om gewoon te laten merken dat dat onacceptabel gedrag is.

 

Bronnen voor dit artikel:

Wat zit je haar goed! 69 vragen over liegen en leugens, Annemiek van Kessel, 

Heerlijk oneerlijk, Dan Ariely

Iedereen liegt, maar ik niet - de waarheid over leugens, Jan Henk van der Velden.

Anderen lazen ook: 'Help! Mijn kind zit op chat-app Omegle'.

Altijd op de hoogte blijven van nieuwtjes die voor kinderen interessant zijn? Volg ons via Facebook, Instagram of WhatsApp of neem een proefabonnement op de krant!

DEEL DIT ARTIKEL Facebook